bertopwereldreis75.reismee.nl

Reis in verwondering, en je zal alles beter begrijpen.

Ingesloten door voortrazende auto’s, plotseling een enorme knal, schurend staal en geur van verbrand rubber. Vlak voor mij crashen twee auto’s, mijn chauffeur reageerde zeer snel en adequaat, stuurde naar links en dankzij de alertheid van de chauffeur in de auto achter konden wij doorrijden. Ik slaakte een zucht en keek naar de chauffeur. Hij grinnikte, vertelde dat dit soort ongevallen dagelijkse op deze weg gebeuren, vandaar die 6 paar ogen die je hier nodig hebt. Met schrik in de kuiten nader ik Gizeh, in de verte zie ik het puntje van een piramide. Ineens wordt rechtsaf geslagen, een heel smal straatje in. Shortcut werd ter verduidelijking gezegd. Het straatje had de breedte van een auto, soms werd het iets breder, dan konden auto’s elkaar passeren. Dit passeren duurde lang omdat het millimeter werk was. Het mag dan een shortcut zijn, in tijd zal het niet veel korter zijn. Vlakbij de ingang van het piramide complex gestopt. De deur werd geopend door een man die mij onmiddellijk probeerde zijn winkel in te loodsen. Hij kon alles regelen, entree, vervoer met kameel of paard met wagentje. Ik begreep dat dit weer de oude truc was, de chauffeur brengt mij hier en krijgt provisie als hij een klant aflevert. Ik had geen interesse en maakte dit gelijk duidelijk. Helaas wordt een nee hier niet geaccepteerd, de toon verandert van aardig in agressief. Als ik wegloop word ik tegen gehouden. Ik reageer als door een wesp gestoken, sla zijn hand van mijn arm af en maak duidelijk dat ik niets wil. De chauffeur komt aangelopen, zegt iets tegen de man en hij laat mij gaan. Helaas moet ik tot aan de ingang door een haag van aanklampende mannen die mij allemaal op agressieve toon benaderen. Het is irritant en kost moeite mijzelf niet in een lastige situatie te brengen. Het liefst zou ik iemand een dreun willen verkopen als ik weer eens wordt vastgepakt of mee blijft lopen, ook al heb ik 10 maal duidelijk gemaakt geen interesse te hebben. Ik had dit van te voren ingecalculeerd, eerst afzien en dan pas genieten van de schoonheid van de 5000 jaar oude piramides. Het stadje Gizeh is dicht tegen dit complex is aangebouwd, ik loop vanuit het stadje het piramide complex op. Uiteraard eerst een kaartje kopen, voor het loket staat weer een hele groep mannen die mij allemaal een ticket willen verkopen. Ik wring mij door de haag heen, kom voor het loket en probeer een kaartje te kopen. Links en rechts van mij duiken steeds mannen op die hun arm door het loket steken en een kaartje willen kopen. Ik kijk verbaasd naar een agent die naast dat loket staat, hij duwt de mannen weg om mij ruimte te geven. Eindelijk kan ik naar binnen. Voor mij een grote open woestijnvlakte met brede asfaltwegen met links en rechts grote zandkleurige Piramides. Ik besluit te gaan lopen en geen gebruik te maken van de diversiteit aan vervoersmiddelen. Vanaf afstand lijken ze alle 3 perfect strak, maar dichterbij wordt duidelijk dat de tand der tijd de piramides heeft aangetast. Ik blijf het geheel indrukwekkend vinden, ik sta voor de Sfinx van Gizeh, een imponerend beeld. Nog steeds in verwondering over het totale beeld van de Sfinx en de piramides. Ik kijk het verleden in, 5000 jaar terug in de tijd. Ik loop door het mulle zand, weg van de begaanbare wegen waar toeristen zijn. Het aantal toeristen valt mee, het is duidelijk te merken dat het toerisme in Egypte sterk is afgenomen. Aan het eind van de dag loop ik terug, de chauffeur staat op mij te wachten. Wij rijden terug naar het hotel. Ik heb de chauffeur een fooi gegeven ter compensatie voor het mislopen van zijn provisie. Hij moest lachen en bedankte mij hartelijk. Een duik in het zwembad, een biertje gedronken op terras bij zwembad en vroeg naar bed. Morgen 13 november is de dag dat ik mijn geboortedag vieren mag. Ik ben veel wakker s ‘nachts, voel mij zenuwachtig voor de terugreis. Het is een terugkerend gevoel, hetzelfde gevoel toen ik wegging. Ik ben er bijna, de 75 dagen zijn volbracht. Mijn reissymfonie is voltooid. De klanken van mijn prachtige reissymfonie echoën na in de nacht. Ik ga uit bed, maak mij klaar voor mijn vlucht naar Schiphol. De shuttle brengt mij naar vliegveld, inchecken en via Amman naar Schiphol. Bij bagageband 19 staat achter de glazen wand een enthousiast gezelschap te zwaaien. De eerste raam kus is voor mijn liefste lief. Wachten op mijn reistas, langs douane, schuifdeuren open en ik word gelijk besprongen door mijn kleinzonen. Omhelzingen volgen, ik hou het niet droog, tranen komen spontaan naar buiten. Wij gaan nog samen wat drinken, gelukkig heeft iedereen mijn verhalen gelezen en hoef ik weinig te vertellen. Op weg naar huis ben ik stil, hou regelmatig de hand van mijn lief vast. Het is nog onwerkelijk, ik ben in Nederland hoewel ik nog niet echt geland ben. De hele reis zal langzaam indalen en zal ik weer moeten wennen aan het dagelijkse leven.

Ik ben een paar dagen thuis en zal dit laatste verhaal van deze reis posten. Aan het eind van deze wereldreis in 75 dagen besef ik dat Ik reis om het reizen zelf en dat reizen voor mij de meest comfortabele manier van leven is. Reizen is voor mij ook naar mijzelf kijken tegen een steeds veranderende achtergrond, luisteren naar vragen die ik aan mijzelf stel. Mijn reissymfonie zal herhaaldelijk worden afgespeeld, ik zal blijven genieten. De reissymfonie heeft vele lagen, hoe vaker ik hem afspeel, hoe mooier gaat hij klinken. Alle belevingen, ervaringen moeten nog een plekje krijgen, ik wil je daar later in een resumé meer over vertellen. So far so good. Ik heb genoten en geniet nog steeds.

Ik wil iedereen bedanken voor alle reacties, ik heb in vele reacties kunnen lezen dat je hebt meegereisd en hebt genoten.

Tenslotte wil ik nogmaals alle mensen bedanken die mij via sponsoring hebben ondersteund. Speciale dank gaat uit naar Frans en Ester, zonder hun ondersteuning was de reissymfonie onvoltooid gebleven.

Ik blijf zeggen; Leef het leven, geniet ,geniet, geniet.

Addis Ababa, onverwachte verbazing en verwondering

Een kudde mensen dendert over het platform van het vliegveld in Addis Ababa. Iedereen wil zijn of haar vlucht proberen te halen. Kijken of het vliegtuig is vertrokken of een ander ticket halen bij de transit balie. De kudde splitst zich, een deel dendert verder en een ander, het grootste deel, gaat naar de transit balie. Daar stopte de kudde plotseling. Ik had geen behoefte met de op hol geslagen kudde mee te rennen met als gevolg dat ik achter in de rij kon aansluiten. Later kwamen meer mensen van een ander vlucht, ik werd ingesloten door de menigte. Dit is absoluut geen favoriete plek voor mij. Ik zal nooit uit vrije wil een menigte opzoeken, zeker niet als ik ingesloten raak tussen andere mensen. Na een tijdje brak bij mij het zweet uit en verschenen als dauwdruppels op mijn voorhoofd. Ik zuchtte een aantal keren, ik wilde mij af te sluiten, mijn gevoel van insluiting parkeren. Een hele grote Afrikaanse man die naast mij stond vroeg; are you oké ?, ik schudde mijn hoofd, half oké en half niet oké. Plotseling riep de man naar de agent die naast het hokje van de transit balie stond; We have a patiënt, hij pakte mijn paspoort met ticket uit mijn hand en gaf het aan de agent. Hij keek mij aan, gaf een knipoog en zei dat het oké was. Na 10 minuten had ik mijn paspoort, nieuw ticket en voucher voor hotel. Ik had businessclass gevlogen, daar heb ik veel voordeel van. Ik bedankte de man, kreeg een forsere klap op mijn schouder en een God bless you. Ik dacht daar heb ik mijn Oma voor, ik ben die aardige man heel dankbaar. Ik liep verder, zag opnieuw een enorm lange rij wachtende mensen. De bureaucratie ten top, ik moest een stempeltje halen op mijn voucher om verder te mogen. Ik dacht mazzelaar, wie weet is mijn gegeven geluk nog niet opgesoupeerd. Vooraan stond een man, deze hield mij tegen, liet mijn business boarding pass zien en het wonder geschiedde. Ik kreeg een stempel, hij wees mij een luxe busje van Ethiopische Airlines aan. Ik liep daar naar toe, papieren met stempels laten zien, ik kon instappen. Het busje reed gelijk weg naar het airport hotel van Ethiopische Airlines, een heel luxe hotel. Aangekomen ging ik gelijk naar de incheck balie en kreeg een kamer. Later bleek dat het volgeboekt was vanwege een grote Afrikaanse conferentie. De mensen die later kwamen werden naar het vliegveld terug gestuurd. Lucky me, met dank aan Oma. Het was inmiddels 03.00 AM, eerst nog een kop thee gedronken en mijn bed in. Om 08.00 klaarwakker en gaan ontbijten, alles op kosten van Ethiopian Airlines ook lunch en diner. Tijdens ontbijt nagedacht over wat ik ga doen. Ik wil Addis Ababa verkennen, ging informatie vragen bij de balie. De jongen achter de balie vroeg mij mee te lopen, op afstand van collega’s bleek dat hij vervoer kon regelen. Hij belde iemand die een luxe auto had, zei hij met een knipoog. Hij gaf zijn telefoon aan mij en de onderhandelingen waren gestart. Hij zette hoog in, ik laag en uiteindelijk kwamen wij tot een deal. Hij was een prima gids, woonde in Addis Ababa. Vroeg wel waar ik naar toe wilde, geen idee, ik laat mij verassen. Dat heeft hij gedaan. In Ethiopië is een apart orthodox christelijk geloof, ik wil later uitzoeken waarom het bijzonder is. Prachtige oude kerkjes bekeken, zeker de moeite waardDe oudste was 40 kilometer buiten Addis, de weg omhoog ging door bebost gebied. De geur van dennenbomen was een verademing na de uitlaat gassen in de stad. Hoe hoger wij gingen, hoe slechter de weg. Uiteindelijk ging het asfalt over in een zanderige weg, meer kuilen dan zand. Aangekomen bij de oude kerk zag ik al snel dat Maria een belangrijke rol speelt in het geloof, althans dat veronderstel ik. Overal waren afbeeldingen van haar te zien, allemaal bedekt met vitrage. De reden kon de gids mij niet vertellen. Ik zag veel devotie van vrouwen bij de afbeeldingen van Maria. In een bijgebouw van het kerkje was een kleine tentoonstelling. Ik moest mijn camera inleveren en mocht naar binnen. De man zei Phone, ik knikte. Ik mocht naar binnen. Ik zag een mooi beeld van Maria, nam een foto met mijn IPhone en hoorde gelijk een schreeuw. Een man kwam aangerend, driftig met zijn hand zwaaiend. Ik mocht niet fotograferen, ik had het verkeerd begrepen. De man buiten had bedoeld of mijn IPhone in de tas zat. Ik moest hem de foto laten zien en wissen. Hij bleef staan tot ik de foto verwijderd had. Ik liep verder, de man volgde mij als een sperwer die een prooi zoekt. Verder een markt bezocht en door de oude binnenstad gelopen. Ik moest aan Hannah denken, een Ethiopische vriendin in Nederland. Zij komt hier vandaan en heeft hier als kind rondgelopen. Zij vertelde dat het binnenland prachtig is met bergen en veel natuurschoon. Altijd een goede reden om nog eens terug te gaan. Terug in het hotel een duik in het zwembad genomen, gaan eten en klaarmaken voor de vlucht vanavond om 22.05 uur. Naar en op het vliegveld kreeg aandacht van een businessclass passagiers. De upgrade was namelijk voor de vlucht Addis naar Cairo. In het vliegtuig, na de champagne en eten, mijn stoel in een bed veranderd en voor het eerst heb ik in een vliegtuig kunnen slapen. Wonderlijke ervaring, met zachte hand en zwoel fluisterend werd ik door een stewardess gewekt, wel bijzonder aangenaam. In Cairo om 01.20 AM aangekomen. Lang moeten wachten op mijn reistas, wel heel blij dat die zijn weg heeft kunnen vinden, ondanks alle vertragingen. Door alle vertragingen is mijn tijd om in Gizeh de Piramides te bewonderen beperkt geworden. Ik heb besloten vlak bij het vliegveld een hotel te boeken in plaats van nog 1.30 uur rijden naar hotel in Gizeh, nu 5 minuten. Inmiddels weer 03.00 AM, in mijn suite, ja echt, eerst nog een wijntje gedronken. Daarna gelijk mijn mandje in, morgen wil ik naar Gizeh. Volgende dag 08.30 en Bertje zat weer rechtop in bed, klaarwakker. Dit heeft voordelen omdat ik nu een hele dag de tijd heb om naar Gizeh te gaan. Ik had op internet gezocht naar mogelijkheden, alles met groepen. Inmiddels zal duidelijk zijn dat mijn voorkeur daar niet ligt. Ik liep naar buiten als ik daar sta stoppen een aantal taxi’s onmiddellijk, zij mochten van mij doorrijden gezien de abominabele toestand van de auto’s. Een oudere man kwam naar mij toe, sprak mij in Engels aan, vroeg waar ik naar toe wilde. Hij bod mij een speciale prijs aan voor de rit naar Gizeh, heen en terug en hij zou dan 2 tot uiterlijk 3 uur wachten voor de prijs van 15 euro. Doen, zigzaggend en met hoge snelheid manoeuvreerde hij door de stad. Lachend vertelde hij dat je in Cairo 6 paar ogen moet hebben, anders kun je hier niet rijden. Gezien de hectiek en bijna aanrijdingen een terecht opmerking. Mijn turbulente ervaring in Gizeh zal ik beschrijven in het laatste verhaal, op de nabeschouwing na. So far so good. Het gaat zoals het gaat, het is zoals het is. Ik blijf nog steeds genieten van deze reis.



Reizen in verwondering heeft verandering als constante factor

De auto rijdt met grommend geluid over het glimmende asfalt met veel potholes. De tropisch buien hebben duidelijk hun sporen achter gelaten en transformeren de gaten tot kleine vijvertjes. Na ontbijt vertrokken naar Dar es Salaam. Ik ben stil, mijmer over de afgelopen dagen. Pickett haalt mij lachend weer in de realiteit, hij wijst aan de zijkant van de weg. Daar loopt een leeuwin, de auto gaat langzamer rijden, stoppen is te riskant. De leeuwin loopt rustig op twee meter afstand voorbij, kijkt omhoog met prachtige amandel kleurige ogen. Achter de auto steekt zij de weg over en verdwijnt in het hoge steppe gras. Wij geven elkaar een high five, wat een toegift! De euforie ebt snel weg, 10 minuten later staan wij stil, een file zonder einde staat voor ons. Accident was het nuchtere en berustende commentaar. Hoe langer het duurde hoe groter de chaos. Auto’s probeerden de file links en rechts te passeren met gevaarlijke manoeuvres, niet voor zichzelf wel voor anderen. Af en toe een meter vooruit. Het tijdschema van Mikumi naar Dar es Salaam in 5 uur zal niet gehaald worden. Op deze weg rijden heel veel zwaar beladen trucks, als de weg omhoog gaat en je rijdt achter zo’n truck, dan is 20 kilometer per uur de maximale snelheid die gereden kan worden. De haven van Dar es Salaam is de aanvoer haven voor landen die grenzen aan Tanzania en verder. Vandaar de enorme stroom trucks en proberen te passeren op een krappe tweebaansweg lukt niet. Pickett is een prima chauffeur die geen onnodige risico’s neemt. Passeren een vreselijk ongeluk, ik kijk weg, ik wil dit beeld niet met mij meedragen. Zag in de verte ambulances en politie, hulp genoeg ter plekke. Bij het passeren riep Pickett, bad oh so bad, inderdaad zwaar ongeluk. Wij rijden Dar es Salaam in, nog 30 kilometer te gaan en ik ben in het hotel. De wegen waren totaal verstopt, meer stilgestaan dan rijden, uiteindelijk heeft dat laatste stuk 2.30 uur geduurd, al met al een rit van 8.00 uur. Afgepeigerd in het hotel aangekomen, kreeg kamer met 8 airco ventilatoren op het balkon, wisselen van kamer, hier geen internet verbinding, wisselen, uiteindelijk een prima kamer gekregen. Ik heb gelijk een douche genomen, biertje gedronken en rustig op mijn kamer foto’s bekeken en begin gemaakt met mijn verhaal. Vroeg naar bed, volgende dag was voor mij een rustdag, luieren, zwemmen en lezen. Eind van de middag naar de haven gelopen om sfeer van Dar te proeven. Het is een typische Afrikaanse hoofdstad, rommelig, chaotisch met slecht onderhouden panden die contrasteren met wolkenkrabbers die uit de grond worden gestampt. Ik had een biertje in hotel besteld, kostte $ 6.00, ik dacht, dat moet goedkoper kunnen. Ik speurende naar een supermarkt, na een een paar omzwervingen had ik er een gevonden. Geen bier, tegelijk ontweken zij mijn blik. Vreemd dacht ik, later realiseerde ik mij dat Dar een islamitische stad is en alcohol een verboden vrucht. Buiten stonden twee jongens, vroegen wat ik zocht, bier zij ik. Hij wenkte mij met een gebaar van volg mij. Hij liep voorop, ik daarachter en achter mij de andere jongen. Dit voelde mij de Maasai veilig, hier kreeg ik een wantrouwend gevoel. De man achter liep heel dicht achter mij, de man voor mij keek steeds om en riep wat tegen zijn maatje. Ik hield mijn pas in om hem te laten passeren, kijken wat er gaat gebeuren. Hij passeerde en liep nu samen met zijn vriend voorop. Wij liepen door donkere kleine straatje met kleine winkeltjes, stopte bij een winkeltje en hij riep: Beer!!. Ik naar binnen, vroeg bier, de man liep sloffend naar achter, kwam met twee blikjes koud bier terug, die gingen in een donker zwart canvas tasje, 2 euro betaald en naar buiten. Daar stonden de jongens, staken hun duim omhoog en liepen terug. Ik was blij dat ik mij vergist had, de spanning zat nog wel in mijn lijf, die heb ik er vervolgens uit gelopen, hoewel ik af en toe nog even omkeek. Intuïtief voelde het goed aan, de spanning kwam toen ik de beelden onderweg ging interpreteren. Die waren negatief, dan neemt de spanning het zicht op de werkelijkheid over en creëer ik mijn eigen werkelijkheid. Ik heb vaak genoeg situaties meegemaakt dat iets niet klopte, besluit dan altijd om niet verder te gaan. Terug naar hotel met de koude rakkertjes. Op balkon van mijn kamer, uitzicht op de haven, heerlijk de biertjes opgedronken. Het werd tijd mij voor te bereiden op vlucht naar Cairo, mijn laatste stop van mijn reis om de wereld in 75 dagen. De eerste vlucht die ik had geboekt was gecanceld zonder opgave van reden. Nieuw ticket moeten kopen en vlieg nu met Ethiopische Airlines met korte tussenstop in Addis Ababa naar Cairo. Ruim op tijd weggegaan, nu was het rustig op de weg. Ik vertelde dat aan de taxichauffeur, die keek enigszins verbaasd en zei; het is zondag. Ik ben soms de dagen even kwijt en besefte dat ik op zondag ging vliegen. Op vliegveld kreeg ik weer eens te horen dat de vlucht vertraagd was door een technische storing. Uiteraard ook hier verwarring over de vertrektijd. Op mijn boardingpas stond 19.15 boarden. Op de borden stond de vlucht helemaal niet meer vermeld. Het was 17.00, alle tijd om in een lounge te gaan zitten. Bij de dames van de receptie nagevraagd of de tijd klopte, ik vertelde over mijn eerdere ervaring van gemiste vlucht. Lachend werd gereageerd, het klopt echt, een collega draagt je op haar rug naar de gate zodat je op tijd bent. Ik wilde net drinken gaan halen toen er omgeroepen werd dat ik kon gaan boarden. Nog even bij de dames langsgegaan en gevraagd of ze mij alsnog wilde dragen. Zij waren ontdaan, riepen steeds Sorry, Sorry en hun altijd aanwezig lach was verdwenen. In het vliegtuig zag ik tijdens de vlucht dat het vliegtuig naar Moroni op de Comoren ging. Gevraagd aan de stewardess, zij bevestigde dat een tussenstop in Moroni gemaakt wordt en dan naar Addis Ababa. Ik begon te rekenen, kwam tot de conclusie dat ik mijn aansluitende vlucht naar Cairo zou missen en dit werd door de stewardessen bevestigd. Inmiddels werd het onrustiger in het vliegtuig, veel passagiers realiseerden zich dat zij ook een aansluitende vlucht gingen missen. De tussenstop op de Comorren, ben ik daar ook eens geweest, duurde kort en na een rustige vlucht arriveerden wij in Addis Ababa, te laat voor mijn aansluitende vlucht. Daarna begon de verwarring, hectiek over hoe nu verder. Dat komt in mijn laatste verhaal van deze reis. Inmiddels heb ik geleerd; als ik het niet kan veranderen, dan ga ik ervan genieten. Dat doe ik dus; nieuwe kans Addis Ababa. So far so good.

Mikumi NP, stilte is de diepste klank in mijn reissymfonie

De nacht is zwart, diepzwart. Ik zit aan een keurig gedekt tafeltje met een flakkerend kaarsje voor mij. De nacht is om mij heen, ik ben de enige gast, de nacht wordt opgeluisterd met een symfonie van bekende en onbekende geluiden. Vlak voor mij geritsel, ik kan niet zien wat is, alleen een paar ogen flikkeren in het licht van mijn kaars. Ik denk en hoop dat het impala’s zijn. Het geritsel verdwijnt, mijn eten wordt gebracht. De eenvoud van de logde staat in schriel contrast met de fantastische bediening die ik krijg, het eten is sterren waardig. Ik heb het vaak genoeg andersom meegemaakt. Na het eten staan de twee Maasai krijgers weer op mij te wachten, met eentje voor en eentje achter lopen wij naar mijn hutje. De achterste probeert met een zwak licht van een oude zaklantaarn voor mij op het pad te schijnen zodat ik het beter kan zien. Ik volg gewoon de voorste, dan kom ik vanzelf in mijn hutje. Naast mijn kamertje is een terras met twee oude versleten stoelen. Ik ga daar een tijdje zitten, geniet van de nachtelijke geluiden, hoor in de verte de lonkende roep van leeuwen. Af en toe steek de Maasai zijn hoofd om de hoek, steekt zijn duim op, ik geef hem een duim terug en met een lach verdwijnt hij weer om de hoek. Ik kruip in mijn verhoogde bed, aan alle kanten omringd door muskietengaas. Ik slaap licht, af en toe wakker door hardere geluiden, brullende leeuwen en trompetterende olifanten. Binnen ben ik veilig, buiten is het onveilig voor bepaalde dieren, daar is de onderlinge jacht begonnen. Om 04.30 gaat mijn wekkertje, ik word om 05.00 opgehaald voor de sunrise game drive. Even snel een kop koffie halen, jas aan voor de koude ochtend en dan rijden wij de schemer in. Het landschap openbaart zich langzaam in een oranje gloed van opkomende zon. De gids speurt de grond af, zoekt sporen. Ineens roept hij cheeta’s, mijn hart maakt een sprongetje, dit zijn mijn favoriete dieren. De pootafdrukken zijn duidelijk te zien en herkenbaar. Lange tijd wordt het spoor gevolgd, stopt ineens. Op die plek zijn zij hun jachtgebied binnen gegaan, wij speuren het landschap af, op zoek naar een teken van leven. Helaas vertoonden de cheeta’s zich niet en rijden wij verder. In de vroege ochtend zijn veel dieren te spotten, een nevel hangt boven de groen steppe, wat een bijzonder effect geeft. Het dempt de geluiden, geeft een magische stilte, soms onderbroken door de eerste vogels die hun ochtendzang aanheffen. Ik kijk rond en denk, kijk Bertje nou, rijdt hier rond en geniet van de magische schoonheid om hem heen. Wij rijden een tijdje over een modderige zandweg, zien ineens een leeuw aan de zijkant van de weg. Stoppen, motor uit en kijken naar het gedrag van het mannetje. Aan de andere kant van de weg komt een leeuwin aanlopen, loop op het mannetje af en daagt hem uit. Gaat op de grond liggen rollen, 4 poten in de lucht. De uitdaging wordt niet aanvaard, nonchalant loopt het mannetje verder. De leeuwin blijft liggen, rolt nog een paar keer om, blijft dan liggen. Verderop zie ik een jonge leeuw aankomen lopen, ik ben benieuwd hoe het contact met de andere leeuw zal gaan. Hij nadert de andere leeuw rustig aan de achterkant, deze kijkt om, schuren tegen elkaar aan, kopjes geven, zoals katten doen. De leeuwin kijkt op, rolt opnieuw, ook deze leeuw toont geen interesse. Beide leeuwen gaan liggen, gapen en kijken af en toe om zich heen. De nieuwe leeuw staat weer op, loopt richting van de auto en loopt op 2 meter langs mij heen, kijkt omhoog en verdwijnt weer aan de andere kant van de weg. Ik was zo gefascineerd dat ik vergat om een foto te maken. De aanloop had in wel gefilmd. Dit zijn voor mij onvergetelijke momenten, ik zou de hele dag naar dit tafereel kunnen kijken en zien hoe het verder gaat. De verwondering blijft, hoewel dat soms invloed op mijn waarneming van bepaalde risico’s. Ik herinner mij een ervaring die ik had met een broedende zwaan, ik wilde dit tafereel fotograferen, in verwondering over de schoonheid. Ik was 15, wist niet dat een broedende zwaan gevaarlijk kon zijn. Ik naderde de zwaan en toen realiseerde ik mij dat zo’n prachtig dier ook een agressieve kant heeft. Blazend en klapwiekend kwam de zwaan op mij af. Ik was eerst verbaasd, zette het toen op een lopen, de zwaan achtervolgde mij tot ik ver genoeg van het nest was. Later, ik was met Esther in Canada, wij reden richting Rocky Mountains, ineens zag ik een beer met jongen, ik sprong uit de auto om te fotograferen. Ik was weer in verwondering over de schoonheid van een tafereel. Mijn dochter riep nog; niet doen Paps. Inmiddels is dit wel een leuke anekdote geworden. Verder met onze speurtocht in Mikumi, besloten terug te gaan voor ontbijt. Na het ontbijt opnieuw gaan speuren, inmiddels zijn meerdere auto’s het NP binnen gereden. Als de gidsen elkaar passeren wordt informatie uitgewisseld, waar de dieren zich bevinden. Iedereen is op zoek naar de leeuwen, cheeta’s. Mijn gids kijkt lachend naar mij, steekt zijn duim op. Hij vertelt dat hij soms dagen rondrijdt zonder een leeuw te zien, we are lucky !! Het is soms onwerkelijk, ik kom langs giraffen, een groep olifanten, zebra’s woest uitziende buffels en weer olifanten. Later op de dag worden de aantallen minder, trekken naar een ander gebied in Mukumi. Ik heb te weinig tijd om dit deel ook te bezoeken. Ik ben blij, happy en wil net als leeuwen even brullen van geluk. Morgen terug naar Dar es Salaam, een langer verblijf liet het reisbudget niet toe, de bodem is in zicht. Ik geniet nog met volle teugen van mijn verblijf hier. Misschien vreemd, ik voel mij happy en verlang naar mijn lief, mijn dochters, mijn kleinzonen. Het is herkenbaar, de laatste dagen van een reis ben ik hier en daar.

Over 5 dagen vlieg ik op mijn 75ste verjaardag weer naar huis. Daarna zal ik op reis blijven, foto’s selecteren, fotoalbum maken, boek schrijven, een kookboek samenstellen met 75 recepten van de plaatsen waar ik ben geweest. Het is andere manier van reizen, dezelfde uitdagingen, nieuwe verwondering en ontdekkingen. Alle belevingen en ervaringen krijgen een plekje, het moet nog indalen. Ik beleef nog even de oorverdovende, oh zo mooie stilte van de natuur. Het is moeilijk te beschrijven, hetzelfde als beschrijven hoe mooi muziek van Bach, Chopin, Mozart enz. is. Je zal het zelf moeten ervaren, op naar Afrika dus, ik heb wel een aantal tips. Ik gaan naar mijn hutje onder begeleiding van de Maasai krijgers, zij dragen een speer en knots om, indien nodig, het gevecht met de leeuw aan te gaan. Gelukkig zijn zij heel lang !! De volgende dag terug naar Dar es Salaam. Dit is weer een verhaal apart, mijn motto; het is zoals het is, het gaat zoals het gaat, is daar zeker van toepassing. Uiteraard lees je dat in mijn volgende verhaal. Nog twee verhalen en ik ben weer thuis. Ik hoop dat je het gaat missen, net als ik !! So far so good. Het zal duidelijk zijn, ik geniet, geniet.

Mikumi National Park, stilte heeft vele geluiden

De stilte is oorverdovend, ik loop tussen twee Maasai krijgers van mijn hutje naar een plek waar ik kan eten. De nacht heeft zijn intrede gedaan, de dag heeft in donkerrode tinten afscheid genomen. De lange Maasai mannen blijven de hele nacht voor mijn hutje om mij te beschermen tegen leeuwen die in de buurt rondlopen. Ik ben na enerverende dagen in New York, 21 uur fladderen en een nacht overslaan in Tanzania aangekomen. Ik zoek even stilte en rust, dat heb ik in eerste instantie gevonden aan de kust. Daar een klein hotel gevonden, een kamer vlak aan zee was en precies wat ik nodig had op. Ik geniet van de stilte, het geluid van de branding en onbekende vogelgeluiden. Ik ben de enige gast, geen TV, internet en spaarzaam licht van zonnepanelen. Na mijn avondeten, een prima gebakken visje vers uit de zee met piepertjes, loop ik een stukje over het pikdonkere strand met weerschijn van maanlicht. In de verte hoor ik schuifelende geluiden, iemand komt mij tegemoet, een visserman op weg naar zijn boot. Ik zie hem op het laatste moment, herkenbaar aan een lach waar zijn witte tanden blinken in het avondlicht van de maan. Karibu, vervolgens in Swahili een heel verhaal. Ik hef mijn handen, maak duidelijk dat ik de taal niet spreek, weer een daverende lach. Hij slaat mij op de schouder, wijst naar zijn boot en maakt duidelijk dat ik mee mag. Hij gaat de zee op, vissen in de vroege ochtend, ik sla zijn aanbod af met een vriendelijk gebaar. Hij gaat verder, wadend door de branding naar zijn boot. Ik kijk hem na, twijfel nog even, besluit terug naar mijn kamer te gaan. De dagen aan zee zijn dagen van weinig activiteit, ik staar over de zee, luister naar de branding, loop over het strand, drink een biertje, schrijf en maak praatje met het personeel. Ik geniet van deze momenten, even rust, geen nieuwe impressies, alleen ik met de lokale mensen en stilte. Ik moet denken aan de Old man and the Sea. De mensen zijn hartelijk, open en vooral nieuwsgierig. Regelmatig overstemt hun lach het geluid van de branding. Teleurstelling als ik vertel dat ik morgen weer vertrek. Ik vertel dat ik naar Mikumi ga, daar worden zij enthousiast van, vertellen dat zij daar vroeger wel eens met ouders geweest zijn. Pas op voor de leeuwen was de waarschuwing, uiteraard gepaard met een uitbundige lach. Het was wel een hele onderneming om een 3daagse tocht naar Mikumi National Park te regelen. Anna, manager van het hotel, kende iemand die dat kon organiseren. Afspraak gemaakt en in onderhandeling. Ik wilde heen vliegen met een Cessna en terug met auto. Helaas kon ik niet vliegen, moeten minimaal twee passagiers boeken. Wachten voor nog een passagiers, helaas niet, dus met de auto heen en terug. De volgende dag stond een oude blauwe landrover voor de deur. Ik vind het fantastisch, ik heb verscheidene keren in Afrika met een landrover gereden, vandaar dat ik heel blij was dat ik met deze landrover naar Mikumi zou gaan. Uiteraard is het in zo’n oude bak afzien, geen airco, harde stoelen, veel herrie en toch word ik daar blij van. Om 05.00 AM vertrokken om de enorme verkeerschaos in Dar es Salaam te ontlopen. Dit was het idee, het liep anders, ondanks het vroege uur was er chaos van auto’s en container trucks. Deze trucks rijden op tweebaans wegen en als de weg omhoog gaat, is de snelheid niet harder dan 20km per uur. Wij rijden in een stroom auto, de andere zijde ook. De afstand naar Mikumi is 240 kilometer, daar deden wij 6 uur over. Pickett, de driver en eigenaar van Nice Adventure Safari, blijkt een prima chauffeur te zijn, hij neemt geen enkel risico, in tegenstelling tot vele andere weggebruikers. Met verbazing zag ik de inhaalmanoeuvres. Vaak kon het niet, de tegenligger gaat opzij en de auto aan de zijn kant ook, zij rijden dan even met drie auto’s, vervolgens moeten ook anderen opzij om ongelukken te voorkomen. Dit gaat niet altijd goed, twee maal zag ik auto’s in de kreukels en onder aan de weg lagen oude wrakken. In Mikumi aangekomen werd ik blij, zo blij van de omgeving. Ik had een slaapplaats in Mikumi Wild Camp geregeld, dit is de enige heel eenvoudige logde midden in de natuur. Ik blijk de enige gast te zijn en dat was helemaal perfect. Eerst een eenvoudige lunch, vervolgens naar een echte safari landrover, dat is zo’n auto met een katoenen dak boven je hoofd en zitplaatsen die hogerop gaan. In totaal kunnen 10 mensen in zo’n auto, ik had hem geheel voor mijzelf. Een nieuwe gids/driver reed deze auto, Pickett vroeg of ik geen bezwaar had als hij meeging, uiteraard niet en hij blij. Ik rij over rood/oker kleurige zandwegen, vaak modderig vanwege de vele regen de laatste tijd. Ik kijk om mij heen, geniet van het landschap. Passeren giraffen, olifanten, zebra’s. Regelmatig wordt gestopt, de motor gaat uit en dan wordt de stilte gevuld met allerlei geluiden van vogels en dieren. Ik voel mij thuis, dit is mijn habitat, buiten in de natuur. Ik realiseer mij dat ik dat altijd in verschillende omstandigheden en situatie heb gehad. Buiten zijn, niet opgesloten tussen muren, geen mensen die dwingend zijn in wat ik moet of zijn. Het begon op de kleuterschool, mijn moeder bracht mij naar school en als zij weg was, vluchtte ik naar buiten en verdween. Uiteraard probeerde mijn ouders mij iedere keer naar school te brengen, het was tot mislukken gedoemd. Uiteindelijk besloten zij mij niet meer te dwingen om naar school te gaan, ik heb dus nooit op een kleuterschool gezeten. Ik ben mijn ouders daar nog steeds dankbaar voor. Ik was altijd buiten, wat ik dan deed kan ik mij niet herinneren. Mijn ouders waren bezorgd toen ik naar de lagere school moest. Zij blijken achteraf gesprekken met de lerares te hebben gehad, zij kon het wel begrijpen en vertelde mijn ouders dat zij zich geen zorgen hoefde te maken. Dat bleek terecht, nog steeds weet ik haar naam, Juf Bolderik, zij gaf mij altijd klusjes buiten de klas. Vaak moest ik naar buiten naar het andere gebouw om iets voor haar te halen. In de klas kon ik mij dan beter concentreren, zij zag of voelde waarschijnlijk wanneer het tijd was dat Bertje weer ruimte nodig had. De pogingen mij tot een concertpianist op te leiden mislukte, tijdens de lessen keek ik verlangend naar buiten, waar mijn vriendjes buiten aan het spelen waren. Ook toen werd besloten mij dit niet verder aan te doen. In mijn werkzame leven was mijn werk altijd een combinatie van buiten/binnen. B.v. als docent gaf ik les en ging ik regelmatig naar stageplaatsen. Dit was een legitiem excuus om niet aanwezig te hoeven zijn. Ineens wordt gestopt, de auto ging van de weg af en reed richting bosjes onder een grote boom. Daar lag een enorme leeuw, de gids heeft ogen als een sperwer. Ik stond ineens tegenover een leeuw op 5 meter voor mij. Ik was zo geïmponeerd dat ik in eerste instantie vergat foto’s te maken. Gelukkig heb ik een serie prachtige plaatjes kunnen schieten, deze kun je in de fotoserie bewonderen. Dit maakt diepe, diepe indruk, de stilte, het geluid van wind door de boom, een leeuw die mij aankijkt. Het ontroert mij, deze omgeving met prachtige dieren in hun eigen leefwereld. Wij rijden verder afwisselend met prachtig zonlicht, dan weer in een enorme tropische hoosbui. Steeds wordt gespeurd naar allerlei dieren, soms veraf en dan weer dichtbij. Geruime tijd stil gestaan bij een groep olifanten, de auto moest even in de achteruit, moeder kwam ons met wapperende oren en trompetterend tegemoet. Zij maakte duidelijk dat wij niet in de buurt van haar en haar kleintje mochten komen. Dit deed de gids op soepele wijze, voorzag de situatie en reed al achteruit voordat moeder aanstalten maakte ons tegemoet te komen. Het begon te schemeren, terugnaar de lodge. Daarover wil ik meer vertellen, dat komt in het volgende verhaal. Inmiddels is duidelijk dat ik de tekst limiteer voor de leesbaarheid. So far so good. Ik leef het leven, ik geniet, geniet, geniet.

New York, uitbundige buitenkant en ingehouden binnenkant

De ijzige wind zoekt zijn weg tussen de wolkenkrabbers die strak staan te glimmen in een helder blauwe lucht. De wolkenkrabbers ontnemen zonlicht, ik loop steeds in schaduw en koude wind. Misschien dat de mensen in NY daarom koud en afstandelijk zijn. De driver van het shuttle busje gaf een toepasselijke reactie, toen hij hoorde dat ik uit Havana kwam. Hij zei lachend; dit is een andere wereld, de mensen in Havana zijn warm, open, hartelijk en nemen tijd voor elkaar, ondanks de beperkingen. In New York zijn de mensen afstandelijk, kortaf, gehaast, gesloten en nemen geen tijd voor elkaar, hoewel hier onbeperkte mogelijkheden zijn. Ik was het met hem eens, vertelde over mijn ervaringen in de verschillende landen die ik heb bezocht. Op mijn reis ontdek ik hoe mensen onder moeilijke omstandigheden aardig en hartelijk blijven, altijd uitnodigend en graag in gesprek, niet alleen met mij, ook onderling zie ik dat gebeuren. Ik kom bij het 9/11 memorial monument. Ik staar naar de vijver met een vierkant gat in het midden waar water over de rand inloop. Het is een donker gat, ik kan geen eind zien. Het water verdwijnt in het niets. Ik krijg kippenvel bij het aanschouwen van dit beeld. Rondom het vierkant met water staan de namen van alle slachtoffers. In het water drijven bladeren, door de schittering van de zon hebben zij een gouden glans. In de omgeving muurschilderingen van brandweermannen, de helden in New York van 9/11. Het beeld van de witte vogel met uitslaande vleugels contrasteert op indrukwekkende wijze met de het water. Ik loop in gedachten verder, ga op zoek naar een rustige plek, ik kan de menigte en massaliteit van de stad op zo’n moment moeilijk verdragen. Ik heb stilte nodig, de stilte in mijzelf zoeken en alle indrukken proberen een plek te geven. Ik ga naar Hudson Yards, een nieuwe opkomende wijk in NY. De wijk wordt stad in de stad genoemd. Ik kan daar rustig tussen nieuwe en oude gebouwen lopen via een zwevend voetpad. Hier geen verkeer en veel belangrijker, zon en bankjes waar ik mij op neervlij. Ik vind het prettig te ontdekken dat in deze hectische stad rustplekken worden gecreëerd. Ik zit te mijmeren, voor mij wandelen veel mensen over dit voetpad. Aan de zijkant zie ik oude spoorrails, daartussen allerlei planten en kruidensoorten. Ik ruik de tijm en en zoete geur van een niet te benoemen plant. Ik kom tot rust, loop verder richting een ferry. Ik vraag iemand waar de ferry is die naar Staten Island vaart, de man kijkt mij aan en schut zijn hoofd. Niet hier, ik moet de metro naar South Ferry nemen. Ik bedank hem, ga naar de metro en stap uit bij South Ferry. Boven gekomen word ik overvallen door een zwerm kaartjesverkoper om met een boot naar het bekende vrijheidsbeeld te gaan. Zigzaggend ontwijk ik de mannen, geen interesse, sommige blijven hardnekkig met mij meelopen en trekken aan mijn arm. Dat moeten zij nou precies niet doen. Ik sla de man van mij af, roep in Nederlands sodemieter op met nog een paar krachttermen. Uit ervaring weet ik dat schelden in de eigen taal altijd meer indruk maakt. Zo ook deze keer, hij druipt af. Ik ga naar de ferry die naar Staten Island vaart, deze komt langs het Vrijheidsbeeld en is gratis. Ik ben niet de enige die op dat idee is gekomen, naast de NY’ers die daar naar toe moeten, zie ik ook veel buitenlanders. Als de deuren opengaan komt de massa in beweging en velen rennen naar de ferry. Zij weten dat je aan de rechterkant moet staan en terug aan de linkerkant om goed zicht op het vrijheidsbeeld te krijgen. Ik loop met de stroom mee, zoek een plekje, hang over de railing, uiteraard aan de rechterkant en blijf daar de hele overtocht. Het Vrijheidsbeeld is leuk om te zien, veel meer indruk maakt de skyline van Manhattan. Ik heb het van boven gezien, vanaf het water maakt het nog meer indruk. Op Staten Island moet iedereen van de Ferry af, ga je niet naar Staten Island dan met een andere ferry terug naar Manhattan. Ik wil nog naar Central park, besluit om gelijk terug te gaan. Ik geniet op de terugvaart, sta voorop de Ferry, geniet van de zilte zeelucht, krijsende meeuwen en de skyline van Manhattan, die steeds dichterbij komt. Naar de metro, zoeken naar de juiste verbinding, snel gevonden en in een ratelende metro naar Central park. In de metro is de voertaal Spaans, de engelstalige NY’ers zijn boven de grond en nemen een taxi. Central park is een verademing, de zon schijnt en accentueert de herfstkleuren aan de bomen, een beetje Indian Summer. Hier is een ontspannen sfeer, mensen zitten op het gras te picknicken, anderen liggen te luieren of te bellen op de gevallen bladeren. Vooral de rotspartijen zijn druk bezet, meestal op de top van de rots een stelletje, verstrengeld in elkaar. Ik loop over het parcours van de marathon van New York, vreemd idee dat dit deel van Central park morgen op de TV komt en dat ik hier nu loop. Ik vind het een prachtige plek, overal activiteit o.a. voetballen, ik zie iemand met een Ajax shirt, blijkt Nederlandse jongens te zijn die hier op zondag een partijtje speelt tegen Spaanstalige jongens. Ik blijf een tijdje kijken, loop verder, maak steeds foto’s van de herfsttinten met op de achtergrond het glas en staal van de wolkenkrabbers. Het park is 4 kilometer lang van de 59thtot de 110th Street, ik heb alleen het zuidelijke deel kunnen zien. Herinneringen aan concerten en films in Central Park flitsen voorbij. Het is inderdaad een legendarische plek en ik begrijp dat dit park zo geliefd is bij de New Yorkers. Hier ademt de stad en dat is voelbaar. Ik loop terug naar de Metro, ik wil op tijd in hotel zijn, morgen vlieg ik naar Dar es Salaam via Doha, 21 uur vliegen en een nacht overslaan. Ik hou je op de hoopte van het vervolg. So far so good. Ik geniet, ook in New York.

New York, it’s all about money

De zon kleurt de dag met een prachtige rode gloed. Ik loop over Malecon, de boulevard in Havana. Ik ben niet de enige, zodra de dag in de nacht gaat verdwijnen komen mensen uit hun huizen of uit hun werk. Hier is de parade van zien en gezien worden. Veel stelletjes zitten op de muur die de stad tegen de zee moet beschermen. Het is een geliefde plek om elkaar te ontmoeten en te beminnen. De lucht wordt paars, de nacht doet zijn intrede. Ik loop terug naar het hotel, de salsa klanken begeleiden mij. Onderweg zitten mensen voor hun huis, muziek op de achtergrond, ik passeer een klein café waar de salsa klanken door de open ramen hun weg naar buiten vinden. Naar binnen en een Rum on the Rocks besteld, het is de eerste, gelijk ook de laatste. Ik kan niet genieten van deze smaak zoals ik van whiskey kan genieten. Een man komt naast mij zitten, het bekende ritueel, waar vandaan enz. Hij kan hartstochtelijk vertellen over zijn Cuba, met alle beperkingen vindt hij dit de beste plek waar je kunt leven. Hij is geïnteresseerd in mijn reis, vertel hem dat ik naar New York ga. Hij kijkt mij aan, zegt dat ik rum moet meenemen, dat is de enige warmte die ik in New York zal krijgen en hij bedoeld niet het weer. Plotseling staat hij op, loop naar een vrouw, steekt zijn hand uit, zij staat op en samen dansen zij een zeer sensuele salsa. Daarna volgen meerdere stellen, een vrouw steekt haar hand naar mij uit, ik verontschuldig mij met een slap excuus, wijs op een pijnlijke knie. Ik voel mij onhandig, een witman die probeert om Salsa bewegingen te maken. Ik maak bewegingen, de Cubanen zijn beweging. Zodra de Sals horen worden zij een met de muziek en komen de bewegingen vanzelf. Mijn lief heeft dat ook, als zij Salsa muziek hoort, komen de bewegingen vanzelf, ook zij is gelijk een met de muziek. Ik zit aan tafel, beweeg mee met mijn boven lijf en geniet van de sfeer. Ik zwaai naar mijn tafelgenoot en verdwijn in de nacht. De enige verlichting op straat komt uit de huizen, soms flikkert alleen het licht van een TV. Ik kom in hotel, ga naar mijn kamer, morgen de laatste dag, daarna vlieg ik naar New York. De laatste dag is als de dagen daarvoor, zwerven door de stad, nieuwe plekken ontdekken en vooral genieten. Mijn vlucht naar NY is om 09.00, ik moet 3 uur vooraf aanwezig zijn om in te checken. Een vroegopje, 05.00 wake up en 05.30 naar vliegveld. Ik verlaat Havana met een zeker heimwee, zij heeft mij omarmd, ik voel mij gekoesterd. De vlucht naar New York is via Miami. Daar een tussenstop, moet daar mijn bagage ophalen en opnieuw inchecken voor de domestic vlucht naar NY. In Miami is ook de douane controle, eerst naar een apparaat, paspoort erin, na controle krijg ik een voucher met mijn foto. Ik denk dat gaat snel, loop verder en zie een enorme lange rij staan. De echte douane controle, na een uur ben ik aan de beurt, ik word gelijk geconfronteerd met de botte wijze van ondervraging. Zij vragen de hemd van mijn lijf, waarom alleen reizen, waar naar toe, wat ga je doen enz.. Ik voel opstand omhoog komen, probeer het te onderdrukken en vragen te beantwoorden. Het lukt met moeite. Ik word nog een aantal keren aangekeken, uiteindelijk een stempel in mijn paspoort en een vinger die wijst waar ik naar toe moet.. Een speurtocht naar mijn bagage, ik heb inmiddels wel door dat ik het beste vragen kan stellen aan mensen met Caribische of Afrikaanse roots. Zij tonen nog enige vriendelijkheid. De andere import Amerikanen zijn ronduit bot in hun reactie, soms geen enkel woord alleen een vinger die wijst waar ik naar toe moet. Zodra ik iets ga kopen of bestellen is er vriendelijkheid vooraf, eenmaal afgerekend, klaarblijkelijk geef ik in hun ogen altijd te weinig tipgeld, is de reactie afstandelijk en kortaf. Hier kan ik dus vriendelijkheid kopen. Vlucht naar NY verloopt prima, aangekomen op La Guardia met shuttle naar hotel. Ik heb vlakbij het vliegveld een Accor hotel genomen, het is met de trein/Subway een half uur naar Manhattan. Het hotel heeft een gratis shuttle dienst die mij naar het Subway station kan brengen. Even wat gedronken, daarna gelijk naar bed. Morgenochtend vroeg op, wil met de shuttle van 09.00 uur. Ik heb maar twee dagen in NY, tijd en energie zal ik goed moeten verdelen. Ik sta op, schuif de gordijnen open en zie een strak blauwe lucht, heldere zon. Als ik buiten kom is het koud, heel koud. Ik heb de winter garderobe weer uit de tas gehaald en ben daar heel blij mee. Ik neem de trein/Subway naar Manhattan. Bij Times square stap ik uit, zodra ik boven de grond kom word ik overrompelend door massaliteit van gebouwen en mensen. Ik deins terug, zoveel komt er op mij af. Ik loop een eind Times Square op, gefascineerd door de wolkenkrabbers en de enorme neon reclames die beeldbepalend zijn voor deze plek. Kijk op plattegrond van Manhattan, zie Empire State Building staan en besluit die kant op te lopen. Na een uur lopen kijk ik opnieuw en zie dat het nog ver weg is. Neem de Subway, wordt onderdeel van een stroom mensen, die allemaal gehaast zijn. In de metro zit en staat iedereen op elkaar gepakt, mensen staren stil voor zich uit. Zodra de deuren opengaan haasten zij zich weer naar boven. Ik loop naar het ESB, loop langs een lange rij, kom bij een man die de stroom in goede banen moet leiden. Een groepje sluit net aan, ik loop mee. Achteraf blijkt dat de rij wel 10 keer zo lang is en deze aan de kant van de weg is gevormd. Waar ik aansloot was een breuk om mensen op het trottoir niet te hinderen. Lucky me! Binnen kaartje gekocht, weer in de rij. Ik hoor iemand vragen hoe lang het duurt voordat je bij de lift bent. Anderhalf uur hoor ik zeggen, ik stap uit de rij, loop naar een vrouw en vraag of ik een express kaartje kan kopen. Uiteraard kan dat, daar moet wel weer $$ voor betaald worden. Ik vind het zonde van mijn tijd om in een rij te wachten, ik heb al een gewoon kaartje en besluit een express kaartje te kopen. Ik krijg onmiddellijk een VIP begeleiding, volg een rode loper langs de wachtende rij. Bij de lift wachten voor een rood koord, zodra de lift er is, gaat eerst mijn koord naar beneden en mag ik als eerste de lift in, daarna volgen mensen uit de wachtende rij. Naar beneden hetzelfde ritueel. Zodra ik boven ben op het observatie dek kijk ik uit over New York, het is adembenemend mooi om het van bovenaf te zien. Ik blijf bij alle windrichtingen staan, zie de enorme uitgestrektheid van deze stad. Hang over de balustrade voor een beeldbepalend plaatje van NY te schieten, het waait hard, ik moet mijn IPhone stevig vasthouden anders waait hij naar beneden. Een vliegende Apple in Big Apple. Ik ga weer naar beneden, zwerf of beter gezegd loop door deze stad. NY is namelijk zeer overzichtelijk, alle straten zijn recht, ik loop van blok naar blok, sla ik ergens links of rechtsaf, dan hetzelfde. Als ik de weg vraag, krijg ik uitleg in blokken, rechtdoor 4de blok links, 5de blok rechts. Ik loop richting Memorial 9/11. Ik wil in mijn volgende verhaal over deze ervaring vertellen. Voor nu stop ik, het verhaal wordt anders te lang voor publicatie. So far so good. Ik ben overrompeld, maar geniet.


Havana, it’s all about communication

De nacht slaapt, het is donker, in de verte is een stip van licht te zien. Ik ga naar het vliegveld, mijn vertraagde vlucht naar Havana. Ik loop door een verlaten hal in het hotel, de nachtportier ligt scheef in een stoel te slapen. Ik passeer hem, hij schrikt en springt op. Met wankele passen loop hij naar de deur, laat mij naar buiten en neemt weer plaats op zijn stoel. Ik ben benieuwd of hij zich deze actie morgen zal herinneren. Het busje staat klaar, in 10 minuten ben ik op het vliegveld. Het is 5 uur in de ochtend, voor de incheck balie van Interjet staat een lange rij te wachten. Ik kijk met ongeloof naar de hoeveelheid bagage die meegenomen gaat worden. Rijen opgestapelde tassen en dozen, ook zie ik grote plasma TV’s die voor een ander vertier in Cuba moeten zorgen. Inchecken duurde lang, ik checkte in en kreeg boarding pass. Vlucht 900 vertrek om 08.15. Geen boarding tijd aangegeven. Koffie en broodje gaan eten in de business lounge. Op de aankondigingsborden stond vlucht 900, vertrektijd 09.25. Ik vroeg aan personeel of dat klopte, inderdaad het klopte volgens hen. Ik had weinig vertrouwen in het personeel gezien de ervaring van gisteren. Ik besloot om 07.00 naar de gate te lopen. Ik wilde niet opnieuw de vlucht missen. Personeel Interjet was bezig de balie klaar te maken voor vertrek. Op het aankondigingsborden stond nog steeds vertrek 09.25, maar om 07.15 gingen wij boarden en 08.00 vertrok het vliegtuig. Een kwartier voor de aangegeven tijd. Ik heb mijn lesje vliegen in Mexico wel geleerd. Ga voor de gate liggen, je weet nooit op welk moment er gevlogen gaat worden. Een korte vlucht, 50 minuten, geland in Havana. Bagage opgepikt en naar de douane. Altijd een spannend moment, heb ik de juiste papieren om het land in te mogen. Ik word allerhartelijkst begroet met een grote glimlach. Een tenorstem verwelkomt, geniet van Cuba, dans de Salsa. Met zijn bovenlijf maakt hij de bij deze dans horende bewegingen. Ik voel mij gelijk op mijn gemak, afhandeling ging snel. Taxi genomen, de startende conversatie is overal hetzelfde. Onderweg wees hij mij steeds op allerlei bijzonderheden die met de historie van Cuba te maken hebben. Uiteraard stond de muziek aan, hij zong vaak mee, zat geen moment stil, bewoog steeds op het ritme van de muziek. Dit land heeft een andere klankkleur. De reissymfonie zal opnieuw aangepast moeten worden. De uitvoering gaat in adagio, gemakkelijk en opwindend, met een licht sensuele ondertoon. De klanken worden beweging, zowel in muziek als in taal van de Cubanen. Hier wordt altijd bewogen, hartstochtelijk uitbundig of verstild intiem. Het hotel staat in Vedado, een wijk die in vroeger tijden een beroemde wijk was. Ik wilde in deze wijk, de laatste keer dat ik in Havana was had ik een hotel in Viego Havana, oud Havana. Deze wijk is nu heel toeristisch geworden. Hotel Vedado Saint John heeft zijn beste tijd gehad, het had voor mij nostalgische aantrekkingskracht, hier zijn veel films opgenomen. Bij inchecken verwarring, ik was vroeg, 10.00 uur, inchecken kon pas om 16.00 uur. Ik vertelde dat ik de dag ervoor ook al had betaald, vertelde over mijn gemiste vlucht. Hier werd hartelijk om gelachen, ik kon inchecken en kreeg een mooie kamer ensuite. Deze was op de bovenste etage. Met de lift omhoog, deze rammelde en piepte, kwam met een schok tot stilstand. Deur open, kwam in een kamer met enorm bankstel, kale muren gierende airco en een gordijn waar het tweede gedeelte van ontbrak. De slaapkamer was donker, een klein raam en een groot bed. Badkamer heeft douche in klein bad met scheefhangend douchegordijn. Dit deed mij denken aan vroeger tijden, ik heb vaak in dit soort hotels of questhouses geslapen. Nu moest in even slikken, tja ik ben ook een dagje ouder. Bagage neergezet, naar buiten gelopen, vraag welke richting het oude centrum is. De weg vragen is makkelijk, brede straten worden weergegeven met een cijfer, zijstraten met een letter van het alfabet, b.v. Bij 23 linksaf F. Kleine straatjes of steegjes hebben geen cijfer of letter. Ik voel mij gelijk blij, zwerven door Havana is geweldig. In iedere straat of plein heeft een fotogeniek tafereel. Prachtig verpauperde huizen, de grandeur van deze huizen is nog aanwezig. De zonzijde van de straten zijn leeg, alleen de straling van de hitte is voelbaar. Aan de schaduwzijde is het levendig, daar lopen de mensen of zij staan of zitten te praten. Zitten doen zij overal waar gezeten kan worden. De lievelingsplek is de stoep voor het huis, soms hebben zij daar stoelen neergezet. Op de achtergrond is altijd muziek te horen. Als ik loop kijk ik altijd naar mensen, ik krijg vaak een begroetende lach en Ola, Bon Dia. Af en toe word ik aangesproken, altijd gepaard met een lichamelijk contact, hand en tik op de bovenarm. Afwisselde in gebroken, onverstaanbaar Engels, dan weer in perfect Engels. In een gesprek met een jongen vertelde ik over mijn ervaringen en dat ik zo blij was om te zien dat mensen hier altijd in contact zijn. Hij sprak de tekst; Havana, it’s all about communication, met muziek en mensen. You must feel Havana, otherwise you don’t understand. Hij zei precies in twee zinnen precies waarom ik zo graag in Havana ben. De temperatuur is 32 graden met een hoge vochtigheid, het is weer sauna weer. Drijfnat maar blij zwerf ik door de straten. Onbekende wijk met verassende ontdekkingen. Dichter bij het centrum wordt duidelijk dat het economisch beter gaat, dankzij het toerisme. De panden zijn of worden gerestaureerd, waarin meestal een café, restaurant of een casa ( questhouse) is gevestigd. Op een terrasje gaan zitten, in de schaduw, eerste heerlijke Mojito. Op de achtergrond Salsa muziek, de jongens van de bediening bewegen mee. Ik overpeins de komende dagen, een dag later in Havana betekent dat ik mijn programma moet omzetten. Ik was van plan morgen naar Trinidad te gaan, een andere prachtige stad in Cuba, dan heb ik nog maar 1 korte dag in Havana als ik terugkom. Ik besluit in Havana te blijven, genoeg te zien, te beleven en vooral te genieten. Loop verder door Viago Havana, bekende plekken, Plaza Viego met mooie kathedraal. Op het plein is een foto shoot van een danseres. Ik blijf kijken, ga achter de fotografen staan en schiet mijn eigen plaatjes. Ik blijf verwonderd over het resultaat dat tegenwoordig met een IPhone gemaakt kan worden. Voor mij makkelijker, ik hoef niet altijd mijn camera mee te nemen, vooral als ik door een stad ga zwerven neem ik deze niet meer mee. Ik ga weer terug, andere route genomen, veel gestopt, foto’s nemen of gewoon blijven staan bij een mooi beeld dat in mijn blikveld komt. Vlakbij het hotel passeer ik een man die voor zijn huis zit, hij wenkt mij, vraagt in goed gemompeld Engels waar ik vandaan kom. Hij is tandeloos en in het begin moeilijk verstaanbaar. Als ik vertel waar ik vandaan kom, lacht hij en vertelt dat hij in Amsterdam is geweest. Hij werkte op de grote vaart en heeft veel havensteden aangedaan. Het enige waar hij kleurrijk over vertelde was de “ Red Zone”. Ik zei hem dat ik naar mijn hotel ging. Hij mompelde iets, gaf mij een tijdschrift mee met de uitnodiging de volgende dag, als ik weer langs kwam, bij hem koffie te drinken. Onderweg naar hotel verschillende keren stil gestaan bij bandjes die muziek staan te maken. Uiteraard werd ik door de muziek verleid om in een café een biertje te gaan drinken. De inrichting is sober, de entourage prachtig, veel art deco te details zijn nog te zien. Ik zit aan een scheef houten tafeltje op een stoel met versleten zwart leren zitting. Hier heeft de tijd zijn werk gedaan. Ik heb daar tijd aan toegevoegd, genoten van de muziek en het enthousiasme van de mensen. In het hotel is ook een bar in een kantine sfeer. De TV staat aan met een honkbalwedstrijd, mannen uit de buurt zijn komen kijken. Hartstochtelijk wordt meegeleefd, regelmatig een luid gejuich, mannen springen op, omhelzen elkaar met dansende bewegingen. Ik blijf kijken en geniet van de wedstrijd maar vooral van de mensen. Besluit naar boven te gaan en mijn mandje op te zoeken. So far so good. Ik hoop dat je meegeniet van Cuba en de Cubanen. Ik geniet met volle teugen.