bertopwereldreis75.reismee.nl

Als ik er ben wil ik er zijn

Een weemoedige stilte is in mij geslopen. Carla rijdt mij naar Schiphol, ik zit naast haar en staar naar buiten. De weg is bekend, het uitzicht ook. Ik beleef deze rit intensiever dan anders, neem alles scherper waar, meer bewust van hetgeen aan mij voorbij komt. Contouren scherper en kleuren heftiger. Ik zoek haar hand, zij aait mijn hand, ik ben ontroerd. Ik besef mij dat ik lange tijd op reis ga en ben trots op mijn lief dat zij mij dit gunt. Op Schiphol aangekomen, auto parkeren, lift omhoog en opgeslokt door een lange stoet van mensen die allemaal naar een plekje ergens op de wereld gaan of vandaan komen. In onze eigen stilte banen wij ons een weg door een kakofonie van geluiden. Het afscheid nadert, beide proberen wij met opmerkingen als “ nou lekker dat je mij in de steek laat of wat zal ik het rustig hebben” het afscheid luchtiger te maken. Uiteraard lukt dat niet, als wij in een innige omhelzing staan, komen de tranen vanzelf en valt het afscheid mij zwaar. Met roltrap omhoog, halverwege kijk ik om, een ingetogen zwaai van Carla, ik zwaai terug, blijf kijken, zij is uit mijn blikveld toch blijf ik haar zien. Even voel ik mij verscheurd, hetgeen mij lief en vertrouwd is botst met mijn verlangen erop uit te trekken, het onbekende tegemoet. Ik ga razendsnel door de bagage controle en douane. Geef wachtende rijen, Privium voorrang bij bagage en met Iris scan langs de douane, paspoort kan ik mijn zak blijven. Ik baan mij een weg door de menigte. Ik hou van de sfeer op Schiphol, de verscheidenheid aan mensen, allemaal onderweg, komen en gaan. Tijdens het boarden veranderen kleuren en geluiden. Kleur mengt zich met zwart en wit. Klanken vermengen zich, westerse met arabische taal. Ik heb mij geïnstalleerd, een Indiaas gezin met twee verwende schreeuwende en huilende kinderen gaan voor mij zitten. Stewardess kijkt mij aan en vraagt of ik een paar plaatsen naar achter wil. Ik maak van dit aanbod gebruik en hoewel de afstand groter is domineren de kinderen lange tijd de sfeer. Geen van de ouders onderneemt een poging om de kinderen aan te spreken ofwel aandacht te geven. Uiteindelijk vallen zij in slaap, een zucht van verlichting gaat door de Airbus. Tijdens de vlucht wordt de dag ingeruild voor de nacht. Een soepele landing brengt mij op de 1ste stop van mijn reis om de wereld, Abu Dhabi. Tas van de band geplukt, een opgewekte man met sprankelende bruine ogen in mooi wit gewaad zet een stempel in mijn paspoort en wenst mij veel plezier. Deuren schuiven open, ik loop naar buiten langs een haag met naamborden en zoek mijn eigen naam. Gevonden, de chauffeur doet een poging om mijn bagage in handen te krijgen, hij heeft snel door dat ik daar zelf over wil beschikken. Ik rij door een onwerkelijk landschap, over een achtbaans helder verlichte snelweg door het niets. Ingecheckt, welkomst drankje en een upgrade naar een suite gekregen. Nog steeds voel ik mij als een kind zo blij met deze verwennerij. Het is in Abu Dhabi twee uur later, mijn biologische klok resetten en gaan slapen. De volgende ochtend liep ik van het koele hotel naar buiten en deed gelijk een stap terug. Ik stapte in een oververhitte sauna binnen, heet en met hoge vochtigheid. Na 100 passen te hebben gelopen was ik drijfnat. Ik was al zo verbaasd dat er geen andere mensen op straat waren. Lopen is mijn favoriete vervoermiddel, maar onder deze omstandigheden is het mij teveel. Ik verplaats mij in rijdende koelcellen in de vorm van bussen en taxi’s. Ik kijk om mij heen en zie dat ik in een grote zandbak ben beland, waar alle huizen dezelfde zandkleur hebben. In het centrum staan net als in Dubai architectonische hoogstandjes om de status te verhogen. Ik ben onderweg naar het Louvre Abu Dhabi. In de verte zie ik dat deze parel in het zand aan het water ligt. Ik ga het laatste stuk lopen en maak geen gebruik van een gekoelde golfkar die mij van de taxi plaats naar het museum wil brengen. Ik ervaar dit als een onwerkelijke en soms vervreemdende wereld. Ik nader het museum en hoor in de verte een schril geschreeuw, alsof iemand in nood is. Ik loop die kant uit en zie een groep Chinezen die elkaar aanwijzingen geven hoe de foto van elkaar gemaakt moet worden. Ik zucht diep, denk ohnee het is toch niet waar. Het is wel waar en ik wapen mijzelf om mijn ergernis niet de dirigent van de dag te laten worden.Het museum is een pareltje, overzichtelijk en alle kunstwerken prachtig uitgelicht. Ik sta voor het kinetisch kunstwerk van Jean Tinguely ( het driewielertje ) iemand komt naast mij staan. Ik kijk opzij, naast mij staat en jonge vrouw geheel in het zwart, alleen haar gezicht is zichtbaar. Zij kijkt mij aan met prachtig amandel kleurige ogen omringd met lange zwarte wimpers, zij glimlacht naar mij. Haar vuurrode lippen accentueren haar stralend witte tanden. Haar gezicht is een kunstwerk, geaccentueerd door het zwart van haar gewaad. Zij vraagt of ik het mooi vind, ik beaam het. Zij vraagt waar ik vandaan kom. Wij raken in onhandig verlegen gesprek, zij studeert aan de universiteit master Arts & Sciences. Ineens staat een Arabische man in wit gewaad naast haar, zegt iets tegen haar en met een onhandige groet in mijn richting loopt zij weg. Verbaasd staar ik haar na, dat iemand zo open kan zijn en ineens zichzelf moet afsluiten. Ik kom haar later nog tegen, met een kort zwaaiend handgebaar verdwijnt zij uit beeld.Ik blijf achter met veel onbeantwoorde vragen. Ik loop verder het museum door om andere schoonheden te bewonderen. Uiteindelijk verzadigen alle indrukken mij zodanig dat er geen ruimte meer is voor nieuwe. Ik neem de bus naar de City en stap verkleumd uit en loop door een woud van wolkenkrabbers. Het straatbeeld wordt vooral bepaald door mensen van Aziatische en Afrikaanse afkomst. Niet zo verwonderlijk omdat al het werk in vele sectoren door deze mensen wordt gedaan. Ik zie een klein Indiaas restaurant waar veel Indiërs zitten. Altijd een goed teken, ik naar binnen, verbaasde blikken maar zeer vriendelijke ontvangst. Chapati’s gegeten met heerlijke vulling en sausen, vooral de mint. Uiteindelijk besloten om terug te gaan naar hotel en daar en duik in het zwembad te nemen. S’avonds mijn welkomstdrankje, een Belgisch biertje in een Belgisch café gaan drinken. Maakt deel uit van het hotel, elders is geen alcohol te kopen of te krijgen. Het blijkt wel een oase te zijn voor veel mannen in lange witte gewaden, installeren zich achter in het café en laven zich aan de gouden rakkers. Ik ga naar boven, begin aan mijn reismee verhaal. Tijdens mijn eerste zinnen sluipt het verlangen naar mijn lief naar binnen, het grote missen is begonnen. Ik ervaar dit niet als negatief of vervelend, het betekent voor mij dat ik de mensen die ik lief heb mis en een bevestiging dat zij belangrijk voor mij zijn. So far so good.

Reacties

Reacties

Frans

Mooi! Je hebt hem.

Esther

Wat een ontroerend mooi verhaal. Geniet lieve paps! ❤?

Theo

Je eerst bericht was wel heel duidelijk Bert , ik denk dat je nog veel van deze momenten zal gaan beleven in de komende WEKEN . Het was een verrasend reis verslag en voelen ons weer bij de reis betrokken . Veel plezier en geniet er van .

Zusje

Ontroerend begin van je reis, maar oh zo goed.

Elly van Heiningen

Dag lieve Bert! PrĂ chtig mooi ...Ik ben er weer helemaal bij in alle emotie ....dank je wel en weer lekker meereizen.Zelf ga ik nu net de Gotthardpassen over met de bus 2100 mtr. In heel mooi weer... Dag lieverd genieten ?

Adrienne

❤️?

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!